Al jaren heb ik last van psychoses en depressies. Een goede vriendin zei tegen mij:

“Waarom schrijf je geen blog over de omgang met iemand met een psychische kwetsbaarheid?”

Ze is benieuwd wat ze het beste wel en niet kan doen. In deze blog probeer ik daar handen en voeten aan te geven.

Hulp

 

Dat is een goede vraag: wat heb jij nodig van ons? Hoe moeten we met jou omgaan? Ik heb als schrijfster al veel geschreven over hoe mensen met mij omgaan als ik ziek ben. Mijn man en mijn familie die het toch allemaal heel moeilijk vinden. Maar wat zou ik van ze willen als ik psychotisch ben of depressief. Dat is een hele goede vraag die ik probeer te beantwoorden.

 

Psychose

 

In een psychose begrijp ik mensen vaak verkeerd en word ik erg achterdochtig. Als ik aan mijn vriendinnen aangeef dat ik weer vergeetachtig word en overprikkeld ben, dan weten ze dat ik rustig aan moet doen. Het is dan ‘code oranje’ volgens mijn signaleringsplan en moet ik rust nemen en alle afspraken afzeggen. Op zo’n moment moet ik echt gedwongen worden, want nadenken is dan moeilijk. Juist dan lukt het mij niet meer om goed te plannen en grenzen aan te geven. Dus geef maar aan dat ik teveel doe als ik weer ergens ‘ja’ op zeg.

 

Begrip

 

Een arm op mijn schouder dat is fijn. Als ik psychotisch; angstig en verward ben, dan heb ik steun van mijn naasten nodig. Iemand die met mij praat over zaken waar ik mij druk over maak, maar er niet in mee gaat. Probeer op tijd aan te geven dat ik rust moet nemen en mijn medicatie moet innemen. Praten over mijn zorgen is altijd fijn. Aandacht en begrip. Tijdens mijn laatste psychose, toen ik met iedereen ruzie had en bang voor mijn eigen man, bood een vriendin mij haar huis aan: “je mag altijd bij ons komen.” Dat was een geweldig gevoel. Ik kon ergens terecht.

 

Rust

 

In een depressie is het fijn dat ik met rust gelaten wordt maar niet alleen. Als ik depressief ben dan is alles om mij heen zwart. Niets vind ik leuk en ik ben te moe om iets te ondernemen. Maar alleen maar in bed liggen is ook niet goed. Kleine uitstapjes maken dat is wel fijn en praten over de ‘ellende’ die ik voel. Praten en een arm om mij heen, dat zou fijn zijn en niet ‘een schop onder mijn kont’. Dat laatste heeft geen zin.

 

Het komt allemaal heel precies

 

Het is best moeilijk, want om een psychose te voorkomen moet ik rusten en slapen, maar als ik depressief ben mag ik niet de hele dag in bed liggen. In mijn signaleringsplan staat dat de psychiater wel iets dwingender mag zijn als ik psychotisch of depressief ben. Want ik kan op dat moment niet helder meer nadenken en neem niet altijd de juiste beslissingen meer. Bijvoorbeeld als het gaat om medicatie. Dat moet enigszins gedwongen worden, want juist in de angst van een psychose neem ik mijn pillen niet in. Dan ben ik verward en bang.

 

Zware depressie

 

In een zware depressie is een blokje om het huis al een hele onderneming. Tijdens een depressie kan ik ook lichamelijk gewoon niet zoveel meer. Zo hoopte ‘een naaste’ dat ik eindelijk eens geactiveerd zou worden toen ik opgenomen werd, maar het omgekeerde was er aan de hand. Ik hoefde even helemaal niks. Geen kinderen die naar turnen of basketbal moesten of een man die wou wandelen of op vakantie. Ik moest bijkomen van het drukke leven. Slapen is het beste medicijn bij mijn psychische ziekte hoe vervelend sommige mensen dat ook vinden. En het niet begrijpen.

 

Steun

 

Dus lieve vriendin. Wat ik nodig heb is een beetje steun en begrip. Een luisterend oor. Daarvoor moet ik mij openstellen en aangeven wat ik nodig heb, maar de mensen om mij heen kunnen veel betekenen als het weer mis gaat. Signaleren en mij wijzen op mijn grenzen. Lief en aardig zijn voor elkaar. Ik heb gemerkt dat dat heel erg fijn is. Maar dat hoef ik haar niet te vertellen, want dat deed ze al heel erg goed. Net zoals veel andere mensen om mij heen. Met haar kon ik het hebben over de vader van school die in het kanaal was gereden omdat hij niet meer wilde leven. Ik zat daarmee en wilde het er graag over hebben. Omdat ik dezelfde gevoelens heb gehad. Niet vermijden, maar het gesprek aangaan. Zeker over zelfdoding.

 

Goed bedoelde adviezen

 

Meestal slaan goed bedoelde adviezen net de plank mis. Ik snap dat de mensen om me heen na een jarenlange depressie zeggen ‘kom op meid, bekijk het leven van de zonnige kant’, maar helaas is dat zonnetje erg ver weg op zo’n moment en heb ik niks aan dat soort adviezen. Ik heb ze vaak gehoord: bekijk het van de zonnige kant, je moet het eens goed zat worden, stop met je medicijnen, ga leuke dingen doen, ga hardlopen en andere actieve dingen doen, en ga zo maar door.

“Je kunt ook gewoon aan de zieke persoon vragen waar zij behoefte aan heeft.”

Lief

 

Heel lief dat ze me vraagt ‘wat heb je nodig’. Dat is al heel erg fijn. Begrip. Het is een blijvende kwetsbaarheid dus het gaat niet over. Ik ben het dus ik wil er ook over kunnen praten. Sommige mensen willen dat ik het achter me laat, maar dat kan in dit geval niet en dat wil ik ook niet.